De Duitse grot Ilzenhele, gelegen in Ranis, werd in de eerste helft van de 20e eeuw door wetenschappers verkend en er werden talrijke stenen werktuigen en botfossielen verzameld. De toestand van de botten maakte het op dat moment niet mogelijk om de exacte herkomst van de overblijfselen vast te stellen, maar op basis van de analyse van de gereedschappen namen experts aan dat er Neanderthalers in de grot leefden.
Van 2016 tot 2022 heeft een internationaal team van wetenschappers de opgravingen in de grot voortgezet en ze hebben ook de fossielen die daar eerder waren gevonden opnieuw geanalyseerd met behulp van moderne technologie, zo melden ze in een publicatie in Nature. Met behulp van radiokoolstofdatering van de gereedschappen en voorwerpen die tijdens de opgraving werden gevonden, konden de onderzoekers de leeftijd van de laag bepalen die in verband wordt gebracht met Neanderthalers, namelijk 45-47,5 duizend jaar oud.
Naast verschillende voorwerpen vonden de wetenschappers ook een heleboel verbrijzelde botten, waarvan de herkomst echter niet morfologisch kon worden vastgesteld. Na extractie van de eiwitten identificeerden ze dierlijke en menselijke resten, waarbij de laatste behoorde tot Homo Sapiens.